home contact therapie links cookieverklaring

Therapie - Algemeen

Let op; de onderstaande informatie wordt niet actief onderhouden.

Wanneer zoekt u hulp voor uw problemen?

Wie verdriet heeft en troost zoekt kan meestal bij partner of een familielid of een goede vriend of vriendin terecht. Vaak vinden mensen zelf een oplossing voor psychische problemen en voelen ze zich na een tijdje weer beter.

De eerstelijnspsycholoog of de psychotherapeut/klinisch psycholoog komen in beeld als het niet mogelijk lijkt om psychische klachten of problemen in uw eentje of met behulp van vrienden op te lossen.

Aan de andere kant is het niet verstandig hulp zoeken lang uit te stellen. Juist als u er vroeg bij bent kan een eerstelijnspsycholoog u snel en effectief hulp bieden. Dit betreft dan problemen, die ongeveer een half jaar of korter bestaan. Voor langer bestaande problemen kunt u het beste terecht bij een specialistische psychotherapeut.

Welke therapeut heeft u nodig?

Als u hulp zoekt voor psychische problemen, is een gesprek met uw huisarts een goede eerste stap. De huisarts kan u helpen om problemen op een rijtje te zetten en u informeren over mogelijkheden van hulpverlening. Om voor vergoeding in aanmerking te komen hebt u in ieder geval een verwijzing nodig.

Behandeling bij een psychotherapeut is aan te raden als u langer dan een half jaar last hebt van uw probleem en/of als uw probleem meer gebieden (relatie, werk, vrienden) beïnvloedt of als u eerder behandeld bent bij een andere hulpverlener voor deze problemen.

Als u minder dan een half jaar last heeft en er niet eerder voor behandeld bent en uw probleem strekt zich niet over meerdere levensgebieden uit kunt u zich misschien beter tot een gz-psycholoog of eerstelijnspsycholoog wenden.

Hoe verloopt een psychotherapie?

Kennismaking en intakegesprek

Voor de therapie van start kan gaan, moet eerst duidelijk zijn wat er aan de hand is. U krijgt daarom een uitnodiging voor een kennismakingsgesprek, meestal intakegesprek genoemd. In het intakegesprek wordt ingeschat of u aan het goede adres bent en of psychotherapie voor u geschikt is. Als dat het geval is volgen meestal nog een of twee gesprekken om uw problematiek verder in kaart te brengen en tot een behandelplan te komen. Tijdens deze gesprekken zal de therapeut proberen uw problemen zo goed mogelijk in kaart te brengen. Hij of zij zal u vragen stellen over uw huidige situatie, uw werk, uw hobby’s, uw relatie(s). Van belang is ook uw voorgeschiedenis. Wat hebt u zoal meegemaakt, hoe is uw leven tot nu toe verlopen; wat ervaart u als positief en wat als negatief?

Vanaf het eerste gesprek wil ik u voorstellen, om thuis voor u op dat moment belangrijke punten te gaan oefenen. Mijn ervaring is, dat dit voor cliënten prettiger is, dan eerst 2 of 3 gesprekken alleen maar vragen te beantwoorden.

Er wordt u ook gevraagd enige vragenlijsten in te vullen, op papier en via de mail om uw klachten en problemen te verduidelijken. Ook zal de therapeut u vragen wat u tot nu toe heeft geprobeerd om de problemen op te lossen en wat u nu wilt; welke ideeën u heeft over het veranderen van uw situatie. Op basis van deze gegevens zal de therapeut een (voorlopige) diagnose stellen.

Uw persoonlijke situatie

De behandelaar maakt ook een inschatting van uw incasseringsvermogen en van uw persoonlijke omstandigheden om te beoordelen of therapie, en zo ja welke specifieke vorm een passende vorm van hulp is. Een therapie kan soms heftige gevoelens losmaken en angst of spanningen met zich meebrengen. Dat moet u aankunnen. Als iemand in zijn privé-leven grote veranderingen doormaakt of recent nare dingen heeft meegemaakt, kan therapie te veel zijn op dat moment. Het kan zijn dat de behandelaar u adviseert om een andere vorm van hulp te kiezen of dat hij vindt dat het niet het juiste moment is om in therapie te gaan.

Advies voor therapie

In een adviesgesprek zal de therapeut de mogelijkheden voor therapie met u bespreken en een behandelvoorstel met u bespreken. Hij/zij zal u ook in grote lijnen uitleggen wat de therapie inhoudt. Op basis van de gekregen informatie kunt u beslissen of de therapie u iets lijkt. Het is verstandig om er rustig over na te denken, voor u een beslissing neemt. Misschien wilt u meer weten over de voorgestelde therapie en heeft u nog vragen.

Hoe lang kan therapie duren?

Uw behandelaar zal in het begin de vermoedelijke duur van de therapie met u bespreken. In de loop van de therapie kan blijken dat het nodig is om langer door te gaan. Het kan ook zijn dat de therapie korter duurt dan verwacht. De duur van therapie varieert over het algemeen van enkele maanden tot enkele jaren.

Jongere cliënten

Als een kind of jongere in therapie gaat, gebeurt dat meestal in overleg met de ouders of verzorgers. Als een kind jonger is dan 12 jaar, worden de ouders vaak nauw bij de behandeling betrokken. De ouders zijn dan bevoegd om beslissingen te nemen met betrekking tot de behandeling. Als de leeftijd van het kind tussen de 12 en de 16 jaar ligt, weegt de mening van ouders en kind even zwaar. Vanaf 16 jaar neemt een cliënt zelf beslissingen. De ouders worden uitsluitend dán bij de behandeling betrokken als de jongere daarmee akkoord gaat.

Groepstherapie

Groepspsychotherapie is gericht op vermindering of opheffing van de psychische klachten van de patiënt. Bij groepspsychotherapie vindt de behandeling plaats in een groep van 8 tot 10 patiënten. Naast de patiënt zelf en de groepspsychotherapeut spelen ook de andere groepsleden een belangrijke rol in deze vorm van psychotherapie. Groepspsychotherapie vindt plaats in een groep, ieder werkt wel aan zijn of haar eigen problemen. De groep helpt daarbij.

Deze vorm van psychotherapie is geschikt voor iedereen die ook met individuele psychotherapie behandeld kan worden. De resultaten van groepspsychotherapie zijn vergelijkbaar met die van individuele psychotherapie. Er zijn psychotherapiegroepen voor onder meer patiënten met angst- en stemmingsstoornissen, identiteitsproblemen, eetstoornissen, persoonlijkheidsproblematiek of persoonlijkheidsstoornissen, arbeidsgerelateerde klachten, alcohol- en drugsmisbruik.

Bij de keuze voor diverse vormen van groepspsychotherapie spelen meerdere factoren een rol, zoals de problematiek, de mogelijkheden en de persoonlijke voorkeur van de patiënt in relatie tot diens omstandigheden. Naast de poliklinische variant is er ook een (dag)klinische. In een klinische setting wordt de patiënt nog intensiever behandeld; vaak spreekt men dan van klinische psychotherapie. Naast allerlei andere behandelingen vormt groepspsychotherapie vaak de kern van dergelijke (dag)klinische behandelingen.

De doelstelling en duur van groepspsychotherapie kunnen verschillen. Er is bijvoorbeeld de kortdurende, klachtgerichte groepspsychotherapie en de langer durende meer persoonsgerichte groepspsychotherapie. Ook zijn er vormen van kortdurende persoonsgerichte groepspsychotherapie. De duur kan variëren van 12 tot 16 sessies tot een aantal jaren.

Gedrags- en cognitieve therapie

Bij gedragstherapie ligt de nadruk op het wijzigen van gedragspatronen die emotionele problemen in stand houden. Bij cognitieve therapie ligt de nadruk op het wijzigen van de manier van denken die patiënten hanteren.

Cognitieve gedragstherapie is sterk gericht op de actualiteit. In de therapie gaat het vooral over moeilijkheden die in het heden spelen. De therapie stoelt op een open en gelijkwaardige samenwerkingsrelatie tussen therapeut en cliënt. De therapeut werkt veel met oefeningen en huiswerk. De behandelingen zijn klacht- of probleemgericht en kortdurend van opzet. De meeste behandelingen nemen tussen de tien en vijfentwintig zittingen in beslag.

Cognitieve gedragstherapie is een geïntegreerde behandeling die de afgelopen tien tot vijftien jaar is voortgekomen uit gedragstherapie en cognitieve therapie. Uit onderzoek is gebleken dat beide methoden van waarde zijn en dat zij heel goed in combinatie met elkaar kunnen worden toegepast. Binnen deze combinatie, de cognitieve gedragstherapie, ligt de nadruk soms meer op de manier van denken en interpreteren van de patiënt, soms meer op de manier van doen en laten. In andere gevallen werkt men gelijktijdig aan beide aspecten.

Veel vergelijkende onderzoeken hebben uitgewezen dat cognitieve gedragstherapie goed werkt bij allerlei soorten emotionele problematiek, zoals dwangstoornissen, fobieën en paniekstoornissen, alcoholverslaving, depressie, boulimia, psychotische stoornissen, persoonlijkheidsstoornissen, psychosomatische problemen en seksuele problemen.

Bron: NVP

Relatie- en gezinstherapie

Relatietherapie en Gezinstherapie zijn specifieke vormen van psychotherapie. Kenmerkend voor deze vormen van therapie is dat partners of gezinsleden samen in therapie zijn. Tegenwoordig worden relatietherapie en gezinstherapie ook wel systeemtherapie genoemd en heet de therapeut systeemtherapeut.

Ieder mens maakt deel uit van verschillende sociale systemen, zoals het gezin van herkomst, de partnerrelatie, de familie, de woonbuurt of het werk. De systeemtherapeut beschouwt en behandelt problemen van individuen niet als op zichzelf staand, maar plaatst ze steeds in sociaal verband. In de therapie gaat het over de invloed die problemen van een gezinslid of partner hebben op de anderen in het systeem en hoe deze anderen de problemen van de aangemelde cliënt beïnvloeden. De systeemtherapeut gaat op zoek naar patronen in interacties die het problematische gedrag of de problematische relatie in stand houden. De nadruk van de therapie ligt op het veranderen van deze patronen. Welke systemen bij de behandeling betrokken worden, wordt bepaald in overleg met de cliënt.

De therapie bestaat uit gesprekken met een systeemtherapeut. De therapeut zal doorgaans alle betrokkenen uitnodigen voor een eerste gesprek. In de eerste fase van de behandeling wordt gezamenlijk een behandelplan gemaakt, waarin onder meer staat wat de verwachtingen en doelstellingen van de therapie zijn en wie bij de behandeling betrokken zullen worden. Tijdens de gesprekken worden de problemen besproken en de therapeut zoekt samen met de deelnemers naar manieren om daar anders mee om te gaan. In de therapie kunnen de deelnemers zich bewust worden van onderlinge reacties op elkaar en gaan begrijpen welke invloed zij op anderen hebben. Soms wordt er huiswerk afgesproken, bijvoorbeeld om uit te proberen hoe het bevalt om dingen anders te doen dan voorheen.

Bron: NVP

Psychoanalytische therapie

Psychoanalytische psychotherapie en psychoanalyse zijn bedoeld voor mensen met psychische of psychiatrische problematiek, die inzicht zoeken in de oorsprong van problemen en nare ervaringen willen verwerken. Deze vormen van psychotherapie gaan ervan uit dat de mens gevormd wordt door ervaringen met anderen in het verleden, die diepe indruk hebben gemaakt. Het doel is het bewust maken van deze verborgen gevoelens en gedachten om op zoek te gaan naar andere mogelijkheden om met deze situaties om te gaan.

De therapiesessies vinden variërend één keer per twee weken tot vier keer per week (in het geval van psychoanalyse) plaats. De cliënt spreekt zo open mogelijk over wat hem of haar bezighoudt. De psychotherapeut luistert, tracht de cliënt te stimuleren en te ondersteunen in deze zoektocht en wijst op mogelijke gedachten en gevoelens die onduidelijk blijven voor de cliënt.

Bron: NVP

Kinder/jeugdpsychotherapie

Kinder- en jeugdpsychotherapie is bedoeld voor kinderen en jongeren van 0 tot 22 jaar en hun ouders of verzorgers. Zij hebben uiteenlopende problemen op psychisch, sociaal-emotioneel of gedragsmatig gebied.

Deze vorm van psychotherapie wordt toegepast als de ontwikkeling van het kind verstoord dreigt te raken of stagneert. De therapie begint met het zorgvuldig in kaart brengen van het functioneren van het kind en zijn of haar omgeving, zoals ouders en school. Daarna wordt de behandeling gekozen die het best aansluit bij zijn of haar problematiek. Tevens biedt de therapeut ouderbegeleiding of -therapie aan in groeps- of gezinsverband.

Het doel is de ontwikkeling van het kind bij te sturen of weer op gang te brengen, het kind en zijn of haar ouders meer inzicht te geven in het functioneren van het kind en op een adequate manier te laten functioneren in gezin en maatschappij. Dit kan op verschillende manieren. De meest gangbare vorm is individuele psychotherapie. Vaak wordt een combinatie van praten en spel gebruikt. Kinderen tot twaalf jaar worden vaak behandeld in een spelkamer Hier kan het kind allerlei spelmaterialen gebruiken om zich te uiten. Jongeren zitten vaker in een gesprekskamer. Daarnaast is er groepstherapie (zie ook Groepspsychotherapie). Deze is geschikt voor kinderen en jongeren met problemen in de omgang met leeftijdgenoten. In een groep merken ze waar problemen liggen en hoe ze die kunnen veranderen.

Er is ook gezinspsychotherapie. Hierbij is de behandeling gericht op het hele gezin. Dit is belangrijk wanneer gezinsleden onderdeel zijn van het probleem. Het hele gezin hoeft niet altijd aanwezig te zijn.

Bron: NVP

Jongeren en psychische problemen

Psychische problemen – wat is er aan te doen?

Veel kinderen en jongeren hebben weleens een periode waarin het niet goed met ze gaat. Ze voelen zich bijvoorbeeld angstig, eenzaam of heel somber. Of ze vinden het moeilijk om vrienden te maken, hebben eetproblemen of gedragen zich zó druk dat ze nauwelijks stil kunnen zitten. Soms is er een duidelijke oorzaak. Zoals een echtscheiding, verhuizing of schokkende gebeurtenis. In andere gevallen niet. Soms groeien kinderen er in de loop van de tijd overheen. Is dat niet zo, dan is professionele hulp nodig. Maar kinderen, jongeren en ouders kunnen ook zelf aan de oplossing van problemen bijdragen.

Wat kun je zelf doen?

Als je last hebt van psychische problemen, ben je daar meestal niet trots op. Veel kinderen en jongeren willen er daarom liever niet over praten. Toch is dát vaak de eerste stap naar de oplossing. Als je alles blijft opkroppen, worden je problemen vaak erger. Praat er dus over met iemand die jij vertrouwt. Bijvoorbeeld een goede vriend of vriendin, je ouders of een leraar. Het is fijn als iemand naar je luistert en met je meedenkt. Dan hoor je ook eens de mening van een ander. Dat voorkomt dat je steeds maar in je eigen kringetje blijft ronddraaien. Praten lucht op.

Wat kunnen ouders doen?

Als uw kind psychische problemen heeft, is dat geen kwestie van onwil. Straffen helpt dus niet. Luisteren wel. Het is voor uw zoon of dochter fijn om te voelen dat u begrip heeft. Dring uw adviezen niet op, maar neem de tijd als uw kind er zélf over wil praten. Soms kunt u met praktische dingen helpen. Bijvoorbeeld door uw kind te stimuleren lid te worden van een sportclub of vereniging. Besef dat het meestal een kwestie van lange adem is. Laat u niet ontmoedigen.

Wanneer professionele hulp inroepen?

Als het probleem vermoedelijk niet tijdelijk is, is het verstandig professionele hulp in te schakelen. Bijvoorbeeld als een probleem langer dan een half jaar duurt en de situatie niet verbetert. Een professionele hulpverlener kan uitzoeken wát er precies aan de hand is. De hulpverlener probeert met jou antwoorden te zoeken op vragen als: Wat is volgens jou het probleem? In welke situaties komt het probleem naar voren? Hoe lang is het probleem er al? Wat hebben jij of je ouders zelf al gedaan? Waarom werkte dat niet goed? Vervolgens gaat de hulpverlener kijken hoe jij het beste geholpen kan worden.

Bron: Accare, landelijk kenniscentrum kinder- en jeugdpsychiatrie